De rugzakwoning: aangebouwd of achter op het erf?

Mijn buurtje

Wanneer ik met de hond door mijn buurtje loop zie ik overal kleine woningen achter de hoofdwoning op het erf staan. Ik vroeg me altijd af wat dat waren; fietsenschuurtjes, vakantiewoningen, gastebverblijf, B&B’s of iets anders. Laatst raakte ik in gesprek met een wat oudere inwoner van mijn dorp die mij vertelde dat het in deze contreien altijd gebruikelijk is geweest dat je je ouders, wanneer die wat ouder en gebrekkig begonnen te worden, onder je hoede neemt. Je neemt ze in huis en zorgt voor ze, net zoals zij vroeger voor jou gezorgd hebben.

Privacy

Mensen hebben nu eenmaal behoefte om af en toe wat privacy te hebben en zich terug te kunnen trekken, even alleen zijn. Dat geld niet alleen voor de mantelzorgers maar zeker ook voor de hupbehoevenden.  Om deze reden zie je dat de woningen, die daar voor de ouders zijn gebouwd, vaak los van de hoofdwoning, waar de ‘kinderen’ wonen, is geplaatst.

Voordelen van aanbouw

Noodzakelijk is dit geenzins, de woningen kunnen bestaan in een pand waarbij de beide woondelen voorzien van eigen voordeur en inrichting zoals woon-, badkamer en keuken. Het voordeel hiervan is dat nutsvoorzieningen zoals gas, water en licht samen op een plek het huis binnenkomen en daar worden verdeeld naar de hoofdwoning en seniorenwoning. Ook verwarming en bijvoorbeeld draadloos Internet zijn op die manier gemakkelijk aan te leggen en te delen.

Soepele regelgeving

Gemeenten hebben de afgelopen jaren diverse regel ingesteld die het bouwen of verbouwen van een woning ten behoeve van mantelzorg vereenvoudigd. Vergunningen worden vrij soepel verleend maar wel geldt de restrictie dat, wanneer de mantelzorg eindigt, bijvoorbeel ddoor overlijden van de ouders of wanneer deze naar een verzorgingstehuis verhuizen, de rugzakwoning haar functie verliest en dient te worden afgebroken of, in het geval van dubbele bewoning, wordt teruggebouwd naar de oude staat.

Meer weten?

Wilt u meer weten over de mogelijkheden die u ter beschikking staan? Neem contact op met de afdeling bouw- en woningtoezicht van uw gemeente. Zij kunnen u precies vertellen wat er in uw geval mogelijk is.